Waternood

 


 

Waternood.

 

Vaak heeft men last van waternood,
dat is een ramp, verschrikkelijk groot!

Men zegt: ”De bron is uitgedroogd”,
wat u wél of niét geloven moogt.

’t Is een zonderlinge zaak:
’n bron, die op commando staakt!

Want nauw’lijks zijn w’in ’t land der dromen,
of ’t water loopt bij stromen.

De moed zakt toch niet in de schoenen,
dan gaan we ’s nachts de was maar boenen.

We vullen ’s nachts het reservoir,
en zijn dan ook voor ’t eten klaar.

Heeft de keuken geen water meer,
men vormt de waterketting weer.

Vanuit het “nimfenbad”, de bron,
komt ’t boven in de keukenton.

We slaan ons door de soesah heen,
en blijven daarbij steeds tevreên.

Lies Keulen – Zuster Josepha Cornelia